Niemand kiest voor deze optie. Hoewel elke dakloze zijn eigen levensverhaal heeft, een verschillend en uniek traject, is het volgens het veldwerk mogelijk om verschillende oorzaken aan te wijzen die kunnen leiden tot de komst op straat: ziekte (lichamelijk of geestelijk), verlies van werk, trage administratieve beslissing, gezinsgeweld, klimaatramp, verslaving, verlies van een naast familielid, afwezigheid van een netwerk (vrienden, familie), enz.

Leven op straat is extreem moeilijk. Daklozen worden regelmatig aangevallen, en hun lichamelijke en geestelijke gezondheid gaat zeer snel achteruit. De gemiddelde levensduur van daklozen is 47 jaar, vergeleken met een levensverwachting van meer dan 80 jaar voor de algemene bevolking. 

Het gebrek aan privacy is ook zeer problematisch en veel mensen voelen veel schaamte over hun situatie. Niemand wil in zulke omstandigheden leven. 

Soms hoor je mensen een marginale identiteit claimen. We kunnen hier spreken van een identiteitsparadox: een behoefte om zich de straat toe te eigenen voor een meer bevredigende erkenning tegenover uitsluiting, en dit voor een sociale plaats. Maar zoals onze collega het zo treffend uitdrukte: "wees voorzichtig, als de man dakloos is, is hij bovenal een persoon die de moeite van het interesseren en beschouwen waard is".

Tijdens onze verschillende begeleidingen proberen wij voortdurend de talenten van onze patiënten te benadrukken, zodat zij zich herinneren dat zij over veel middelen beschikken. Wij herinneren hen eraan dat dakloosheid een tijdelijke situatie is en geen identiteit. De wil om een woonplaats te vinden wordt bij elke ontmoeting en bij elke stap opnieuw geboren, en als de persoon eenmaal een woonplaats heeft, wil hij of zij die meestal niet meer verlaten.