In de Brusselse publieke ruimte zien we steeds meer vijandige stadsinrichting: schuine banken, randen met pinnen, geluidsverspreiders, "decoratieve" barrières… Alles ontworpen om langdurig verblijf te verhinderen. Achter deze strategie schuilt een duidelijke wil: armoede uit het zicht bannen, ten koste van de waardigheid van mensen in kwetsbare situaties.

Al jaren zien we de opkomst van infrastructuur die mensen zonder dak uit de publieke ruimte probeert te weren. Deze vaak subtiele ingrepen maken het onmogelijk om even te rusten, te gaan liggen of minimale beschutting te vinden tegen regen en kou.

Op het eerste gezicht lijken deze aanpassingen esthetische keuzes om de stad op te fleuren. Maar in werkelijkheid zijn ze bedoeld om mensen in armoede te verdrijven. Door zichtbare armoede te verstoppen, wordt dakloosheid onzichtbaar gemaakt zonder het probleem op te lossen.

Een frappant voorbeeld is het Zuidstation. Waar vroeger wachtruimtes openbleven of hoekjes bescherming boden, staan nu metalen hekken en plantenbakken. Deze strategie wordt ook toegepast in andere grote stations, in metrostations zoals Naamsepoort of op pleinen in de stad, zoals sociaal werker Séverine opmerkt.

Deze voorzieningen hebben een dubbele functie: ze verfraaien de stad voor sommigen en maken ze ondraaglijk voor anderen. Mooi wordt zo synoniem voor uitsluiting. En dit heeft tastbare gevolgen: het verdwijnen van schuilplekken betekent desoriëntatie, stress en uitputting.

Voor mensen zonder dak betekent dit een groeiend gebrek aan veilige slaapplekken. Ze hebben geen plaats om hun bezittingen te beschermen tegen diefstal of regen. Sommigen blijven urenlang roerloos om hun spullen te bewaken zoals meneer G., die niet bewoog aan de ingang van een parking.

“Zich verstoppen” wordt een overlevingsstrategie, maar biedt geen veiligheid. Angst en instabiliteit zijn constant aanwezig. En dat raakt ook de mensen die hen begeleiden: outreachmedewerkers, maatschappelijk werkers, veldorganisaties.

Deze veranderingen vergen veel middelen: publieke fondsen, tijd, mankracht middelen die beter besteed zouden worden aan echte oplossingen. Zoals maatschappelijk werkster Marie voorstelt: waarom geen rustplekken voorzien in dagcentra, waar een dutje mogelijk is?

In plaats daarvan komen er obstakels bij: minder veilige plekken, meer vermoeidheid, meer ronddolen. Het leven op straat wordt elke dag zwaarder. Zoals verpleegkundige Natalia zegt: “Het is tijd, energie en geld die we elders nodig hebben.

In deze context wordt één idee steeds duidelijker: rust mogelijk maken. Ruimtes waar men even zonder angst kan slapen, zouden een groot verschil maken. Want uiteindelijk blijft de enige echte oplossing: een woning.
 

Basis­hygiëne blijft een grote uitdaging

Buiten schuilplekken is er ook een schrijnend gebrek aan hygiënische voorzieningen. In Brussel is toegang tot gratis toiletten, drinkwater of douches zeer beperkt. De meeste openbare toiletten kosten tussen €0,50 en €1,10. Voor mensen zonder inkomsten is dat een onoverkomelijke drempel.

Hier komt Straatverplegers vzw tussen. Wij zetten concrete acties op om de levensomstandigheden van mensen zonder dak te verbeteren: sensibilisering, medische begeleiding, steun bij herinschakeling.

Een van onze meest praktische hulpmiddelen is het plan voor drinkwaterfonteinen van de fonteinen: een kaart met alle gratis toegankelijke drinkwaterpunten en toiletten in Brussel. Je kan het plan downloaden, bestellen op papier of terugvinden in verschillende metrostations.

Ontdek het plan voor drinkwaterfonteinen

Een eenvoudig maar essentieel hulpmiddel dat mensen helpt hun weg te vinden, basisbehoeften te vervullen en opnieuw een beetje autonomie op te bouwen.
 

Verbeteringen zijn nodig en dringend

Toch blijven de vooruitgangen beperkt. Binnen de Vijfhoek steeg het aantal fonteinen van 30 naar 33, in de rand van 63 naar 85. Wat gratis toiletten betreft: momenteel zijn er 19 in het centrum, waarvan er 2 gesloten zijn en 6 enkel urinoirs dus niet bruikbaar voor iedereen.

Buiten het centrum zijn sinds 2021 vier nieuwe installaties geplaatst, waarvan er al één buiten dienst is. Slechts 42 functionele voorzieningen in totaal.

Intussen blijft vijandige stadsinrichting terrein winnen. Niet verwelkomen, maar verdringen lijkt de logica. Armoede wordt niet opgelost enkel onzichtbaar gemaakt.

En de cijfers zijn alarmerend: van 7.000 mensen zonder dak in 2022 naar meer dan 10.000 in 2024, waarvan 1.600 minderjarigen. Dit vereist dringend een herziening van de publieke ruimte als een gemeenschappelijk goed toegankelijk voor iedereen.

Samen maken we van de stad een plek van solidariteit, niet van uitsluiting.

Maak een verschil