Sommig nieuws treft een team diep. Het herinnert ons eraan wat het werkelijk betekent om “het leven te begeleiden” — als de dood zelf ook deel wordt van dat pad.

Liam* was pas vierendertig. Veel te jong om te sterven. Na een lang parcours op straat woonde hij sinds kort in een echte woonst. Een plek die hij met zorg en smaak naar zijn beeld had ingericht.

Hij voelde zich er goed. Hij krabbelde langzaam overeind. Hij sprak over toekomst, plannen, familie. Hij glimlachte. En toen nam het leven een andere wending.

Wat ons nog steeds raakt, is de stille eenzaamheid van zijn laatste momenten. Het duurde enkele dagen voor we begrepen dat hij was overleden.

Het is een pijn die moeilijk onder woorden te brengen is. Want soms zijn wij de enige band, de enige bezorgde aanwezigheid achter een gesloten deur.

Maar in die pijn zit ook een zekere vrede. Liam stierf niet op straat. Hij stierf thuis. Met een dak boven zijn hoofd, herinneringen en een plek die van hem was. En dat, ook al neemt het de verdriet niet weg, verandert alles.

Zoals vaak in zulke situaties kwam het Collectief van de doden van de straat in actie. Samen met hen en het netwerk organiseerden we een herdenking. Een moment om afscheid te nemen, te herinneren, en het leven te erkennen van iemand die vaak onzichtbaar bleef.

Deze ceremonies zijn tegelijk afscheid en hereniging: van harten die zich rond eenzelfde strijd scharen — die van menselijke waardigheid, tot in de dood.

 

Begeleiding bij het levenseinde: een enorme verantwoordelijkheid

Het begeleiden van het levenseinde maakt soms deel uit van onze Housing First-missie. Het is een immense verantwoordelijkheid, en een wonde die blijft.

Maar het is ook het bewijs dat we ergens in zijn geslaagd: iemand de kans geven om te leven — en te sterven — op een andere manier dan op straat.

- Audrey, sociaal werkster en coach van de woonpool

Elke begeleiding is uniek. Achter elke voornaam schuilt een verhaal, een waardigheid die behouden moet blijven.

--

(*) We stellen alles in het werk om het privéleven van onze patiënten en ons beroepsgeheim te respecteren. Maar we willen toch laten zien hoe ze moeten overleven en hoe we samen aan hun herintegratie werken. Daarom verwijderen of veranderen we opzettelijk namen van plaatsen en personen - en geven we belevenissen een andere context. Tussen de foto’s en de verhalen bestaat geen enkele directe band.