Vorige week hoorde Meneer E dat hij keelkanker had. Maar hij bleef stoïcijns bij dat nieuws. Er is meer nodig om hem van zijn stuk te brengen na twintig jaar op straat te hebben geleefd en van alles te hebben meegemaakt.

Zo goed en kwaad als het kan, houdt hij dit leven nu al vele jaren vol, dankzij het pantser dat hij zich heeft aangemeten om op straat te overleven.

Na een bijzonder moeilijke nacht, vertelde hij ons eens: “Soms lig ik met mijn binnenste helemaal overhoop. Als ik triest ben, denk ik aan mijn vrouw…dan schreeuw ik het ’s nachts tussen de bomen uit, om af te komen van alles wat me binnenin dwars zit. Ik schreeuw net zo lang totdat ik het kwijt ben.”

Als ik me afvraag waarom ik dit werk wil doen, denk ik dat het komt door de kracht die de patiënten ons geven. Deze mensen houden zich nog staande na een buitengewoon moeilijk leven. Je moet heel sterk zijn om op straat te leven – en net zo sterk om de straat de rug toe te keren.

Patiënt die de spreekkamer van een ziekenhuis binnengaat

Toen Meneer E een psychiater in grote lijnen zijn levensweg vertelde, onderbrak die hem: “Twintig jaar op straat? Ongelofelijk. Hoe hebt u dat kunnen doen ?” Waarop Meneer E antwoordde: “Wel, eh, ik weet het zelf ook niet.”

Als de media het hebben over clochards, dak- en thuisloze personen gebeurt dat altijd in negatieve termen die alleen hun gebreken beschrijven: gebrek aan een woning, aan onderdak, aan contacten, aan geld…

Dat getuigt van heel weinig respect voor de diep menselijke kant van deze personen - die zonder meer sterker zijn dan de meesten onder ons.

Als ik vandaag de ingesleten vooroordelen hoor, als men het heeft over “daklozen” die “niets anders willen” en die “op straat happy zijn”, dan weet ik wat ik eigenlijk moet antwoorden: “zij houden zich nog staande”. Wat op zich al een hele prestatie is.

Deze mensen houden vol waar anderen al lang hadden opgegeven. En daartoe blijven ze nog jaren gedoemd als de politiek ten aanzien van dakloosheid niet verandert.

Meneer E zal nog heel wat kracht moeten opbrengen voor de vele medische tests en behandelingen die hem voor zijn kanker te wachten staan. Maar ik twijfel er niet aan dat hem dat zal lukken.

(*) We stellen alles in het werk om de privacy van onze patiënten te beschermen en ons beroepsgeheim te respecteren. Toch willen we getuigen hoe onze patiënten moeten overleven en hoe we samen aan hun re-integratie werken. Daarom zijn namen van personen en plaatsen weggelaten of veranderd en reële situaties in een andere context geplaatst. Er is geen rechtstreeks verband tussen de mensen op de foto’s en het hier bovenstaande verhaal.